Siena

Het is al weer warm als ik om 9 uur de caravan uitkom. De lucht is niet blauw maar de zon laat weten dat ze er is.
We zijn in Toscane dus hoogste tijd voor een cultureel uitstapje. Siena staat op het programma. Het is momenteel wel een beetje bizar om naar een plaats te gaan die zo heet maar de omstandigheden zijn niet anders.
Volgens de gids was de camping ideaal gelegen om uitstapjes te maken naar Siena, Florence en Lucca. Wat is ideaal gelegen. Siena blijkt toch nog 40 km verder te liggen.

De stad blijkt goed bereikbaar tot we in de buurt van het centrum komen. Allemaal verwijzingen naar parkeerplaatsen die er niet zijn. Vijf kilometer verder keren we maar weer om voor de herkansing. We volgen voor de zekerheid maar de route naar twee parkeerplaatsen. Bij parking Duomo zijn zelfs twee parkeergarages waarvan er eentje nog plaats heeft. We zien drie of vier plaatsen maar de garage is kennelijk ontworpen toen de Fiat 500 heel populair was. De plaatsen zijn smal en de bestuurders van de plekken naast de lege vakken waren blij dat ze tenminste een plek hadden. ´Na mij de zondvloed, ik zet de wagen op de streep´ moeten de bestuurders hebben gedacht. Onze limo past er niet meer tussen. Hopelijk kunnen we er op hetzelfde kaartje weer uit. Na een poosje zoeken vinden we gelukkig een plekje.
De stad is meteen goedgekeurd. We hoeven niet naar boven te lopen. Er is een heel systeem van roltrappen om ons naar de Dom te brengen. De eerste indruk is prachtig. De kathedraal schittert ons tegemoet. Op een paar ansichtkaarten zien we wereldberoemde kunstwerken die hier, in Siena, te zien zijn. Het museo del opera wordt met een bezoek vereerd. Het is geen verkeerde keus want er is een heerlijk klimaatregeling binnen. We zien de Maësta. Volgens Trotter moet je die hebben gezien. Hij is afgevinkt.
De kerk zou destijds de grootste moeten worden die ooit is gemaakt.
Helaas werd de boogoverspanning zou groot dat de zijwanden het gewicht niet konden dragen en de hele boel instortte. Alleen de achtergevel staat er nog.
Vanaf de bovenkant van die gevel kan je de hele stad overzien. Het is hoog en smal. Terug naar beneden lang het hele smalle trapje, ontmoet ik tegenliggers. In het Engels spreken we elkaar toe dat passeren mogelijk is. Het gaat net.
De kathedraal is overigens groot genoeg. Prachtige fresco´s en hele mooie tegelvloeren zijn een lust voor het oog.
De mensen die voor ons de kerk verlaten, het zijn dezelfde als die ik op het smalle trapje tegenkwam, krijgen de deur niet open. ´Push´ zei ik nog toen ik die deur natuurlij wel open kreeg. Twee tellen later blijken het Nederlanders te zijn. We kijken een poosje rond en steken een kaarsje aan voor Siena in Siena.
Het is zeer de moeite waard. Volgens mij komen er deze vakantie nog wel een keer.
Op de terugweg blijkt dat Italianen minstens zulke goede automobilisten zijn als Tsjechen. Snelheidsbeperkingen en doorgetrokken strepen…?
We kunnen weer lang buiten zitten. De muggen genieten er ook van.